hallo,

Ik ben Kathia Miserez, een studente eerste jaar kleuteronderwijs in de KHL en voor religie, zingeving en levensbeschouwing moeten we een werkje maken. Ik heb als onderwerp gekozen voor "anderstalige nieuwkomers en andere godsdiensten in de klas". Moest je willen reageren, doe maar gerust.

Groetjes
Kathia

zaterdag 30 april 2011

verwerking gevonden informatie (boek): " De eigen wereld van het kind"


1)      Levensbeschouwelijke leefwereld van kinderen: op school
Er is een verschil tussen het openbaar en bijzonder onderwijs. Vroeger werd er, in het openbaar onderwijs, geen aandacht besteed aan godsdienst en levensbeschouwing. Toch is het belangrijk om het hierover te hebben, daarom wordt er nu wel meer aandacht aan besteed.
Het bijzonder onderwijs daarentegen, is meer bedoeld voor de levensbeschouwelijke vorming van het kind.
Waarom er tegenwoordig meer kinderen in bijzonder onderwijs gaat, is omdat ouders hopen dat hun kinderen minder geconfronteerd zullen geraken met kinderen van Turkse of Marokkaanse afkomst.
In het openbaar onderwijs krijgen kinderen wel de gelegenheid om over hun godsdienst te praten. Dit wordt dan ook gelinkt met de diversiteit van geloof in de klas.
Eigen besluit:
Volgens mij kiezen ouders soms bewust in welke school ze hun kinderen sturen. Ze zijn eerder voor of helemaal niet dat er op school over godsdienst gesproken wordt.
Maar het is wel belangrijk om aandacht te geven aan religie. 
 2) Multiculturele kinderwereld op school
Vroeger waren er niet zo veel mensen van andere culturen op school, want ze waren ver weg.
Maar nu wel. Deze kinderen brengen ook hun gewoontes en geloof mee. Wanneer de nieuwkomers de andere kinderen ontmoeten ervaren ze dat mensen wel van elkaar kunnen verschillen (bv. verschillende talen, er anders uitzien, andere religieuze feesten, … ).
Zo ervaren kinderen dat hun thuiswereld niet zo gewoon is en dat er andere thuiswerelden zijn waar er met elkaar heel anders omgegaan wordt.
In scholen kunnen culturele verschillen niet worden genegeerd, omdat de school een goed leer- en leefklimaat moet vormen voor ALLE kinderen. De school moet de kinderen leren dat ze respect moeten hebben met het anders leven en wonen van anderen.

Het is belangrijk dat leerkrachten bewust worden dat kinderen uit andere culturen, situatie en gebeurtenissen verschillend kunnen interpreteren en beleven.

Dankzij de school komen kinderen samen met kinderen van verschillende culturen. Dit leidt tot opvallende verschillen, maar ook overeenkomsten.
Sommige kinderen hebben dezelfde religie, maar toch kunnen ze een andere moedertaal hebben. Bij andere kan het net omgekeerd zijn. De school is er om met elkaar om te gaan! De school moet een plaats zijn waar kinderen er zich in kunnen thuis voelen.

Van ouders wordt er verwacht dat ze Nederlands met elkaar praten.
Er is aandacht voor de culturele feestdagen van verschillende culturen. Wanneer een school een goede band met de ouders hebben, dan wordt de school vaak een ontmoetingsplaats. Dit kan tot interculturele gesprekken leiden.

=> Het is belangrijk dat kinderen elkaars identiteit en culturen leren kennen, elkaars vooroordelen verkennen, conflicten met elkaar aanvangen en samen een groep vormen waar diversiteit tot uiting komt!

bron: Dieleman, A., de Beer, F. De eigen wereld van het kind: oriëntatie op de leefwereld van kinderen, uitgeverij coutinho: Bussum (2010)


! het is een boek uit Nederland. de informatie kan misschien verschillen van Vlaanderen, maar persoonlijk vond ik het echt wel een belangrijke boek voor mijn onderzoek.

vrijdag 29 april 2011

logboek



DAG
WAT
HOELANG
14 februari 2011

Dit was de eerste les van RZL. We hebben dan de uitleg gekregen van de opdracht. Het bundeltje die we hierbij gekregen hebben, werd doorgenomen.
2 uur.
14 – 20 februari
Deze week heb ik goed nagedacht over welk onderwerp ik mijn onderzoek wik doen. Met de ideeën dat ik in mijn hoofd  had, zocht ik al naar informatie om een uitgebreidere keuzen te hebben en om een meer specifieke thema te hebben.
1 uur 30 (in totaal)
20 februari 2011
Ik zat een beetje vast met het linken van de onderwerpen dat ik in mijn  hoofd had met RZL. Daarom heb ik raad gevraagd aan de lector van RZL. Dat heeft me enorm goed geholpen en had ik definitief mijn onderwerp gekozen.
15 minuten
20 februari 2011
Ik heb mijn blog aangemaakt. Ik heb nagedacht voor een gepaste titel (een vriendin heeft me hierin geholpen) en ik heb meteen mijn tekstje geschreven waar ik mij in voor stel.
40 minuten
Week van 21 – 25 februari 2011
Gezocht naar een gepast artikel voor mijn onderwerp. Donderdag 24 februari heb ik die gepost. Meteen heb ik mijn mening over het onderwerp geschreven.
3 uur
28 februari
Ik heb mijn eigen visie geschreven over mijn onderwerp en over eigen ervaringen hierin.
1 uur
6 maart 2011
Ik heb nagedacht over mijn 3 onderzoeksvragen en ik heb ze dan meteen gepost.
30 minuten
14 maart 2011

Ik heb feedback gekregen over mijn onderzoeksvragen. Deze heb ik dan meteen aangepast.
15 minuten
31 maart 2011
Ik heb een mail opgesteld en gestuurd naar de Tovertuin in Diest om te zien of ik niet met hen een interview kon doen. Deze school kwam onlangs op het nieuws. Het leek mij interessant omdat mijn onderwerp ter spraken kwam.
30 minuten
13 april 2011
Mijn blog bij gewerkt: afbeelding toegevoegd, uren aangepast, ..
-Ik heb de 2 teksten van verplichten literatuur doorgenomen en samengevat. Ik vond het absoluut geen makkelijke teksten, vooral de tekst van M. Van Hecke. Ik heb deze 2 keer moeten doorlezen, maar ik begreep nog altijd niet goed over wat het ging. 
Na de derde keer en samen met Nele Robben is het mij gelukt om ook deze samen te vatten (zie 27 april).
5 uur.











15 april 2011
In de bib van DLO ben ik boeken gaan zoeken ivm mijn onderwerp.
15 minuten
27 april 2011
Heb ik dus de tweede tekst doornomen en samengevat met Nele robben.
Ook heb ik een andere school gecontacteerd en een nieuwe mail gestuurd, omdat de Tovertuin niet geantwoord heeft.
1 uur


15 minuten
28 april 2011
We zijn nog eens samengekomen voor de tekst verder samen te vatten. Met twee gaat het vlotter dan alleen.
3 uur
29 april
Verwerken van mijn gevonden informatie. (boek: De eigen wereld van het kind).
1 uur 30
30 april
Vervolg verwerken van informatie. 1 uur 45
1 mei
zoeken naar nieuwe bronnen: artikels, informatie
1 uur
2 mei
live-coaching. Ik ben naar de coaching gegaan om nog tips te hebben. Ik wist dat ik te weinig op mijn blog stond, maar ik wou weten, wat ik wel al had, goed was of niet. Ik moet nog meer uit mijn bronnen halen en kritischer zijn.
10 minuten
4 mei
Ik heb mij voorgenomen om vandaag een hele dag aan RZL te werken.
Ik heb de bronnen dat ik zondag gevonden had, verwerken. Ook heb ik naar nieuwe artikels gezocht die beantwoorden op mijn onderzoeksvragen. Deze zal ik dan ook verwerken.
9 uur
5 mei
Ik zocht een gepaste afbeelding voor mijn blog. Toevallig kwam ik op een interessante site met leerrijke informatie voor mijn onderzoek. Deze informatie heb ik dan meteen verwerkt
1 uur
6 mei
Ik ben vandaag naar de bib van het DLO gegaan om nu vooral interessante prentenboeken te zoeken.
1 uur
9 mei
Vandaag heb ik me wel helemaal ingezet voor RZL. Na mijn presentatie van cumawé ben ik eraan begonnen. Ik heb eerst mijn boekjes dat ik vrijdag gevonden heb (in de bib van DLO) verwerkt.
Nadien heb ik de twee verplichte literatuur nog verwerkt, samen met Nele Robben.
6 uur
10 mei
vervolg verwerking bron verplichte literatuur: politieke partijen
45 min.
13 mei
vervolg verwerking verplichte bron + interview nemen van kleuterleidster. Ik heb ook een tijdje gezocht hoe ik deze op mijn blog kon zetten, onder de juiste naam.
Om het nieuws kwam een interessant bericht aan te pas voor mijn onderzoek. Ik heb het snel opgenomen, maar uiteindelijk na een tijdje gezocht te hebben, heb ik het op internet gevonden. (15 mei).
2 uur






20 min
14 mei
Nadien heb ik het interview zelf verwerkt (een samenvatting van wat er gezegd werd in het Nederlands geschreven)
45 min
15 mei
Het filmpje (van het nieuws) heb ik dan gepost en heb ik ook verwerkt.
1uur10
16 mei
Ik heb mijn interview, via movie maker, bewerkt. Ik heb dat samen met Nele Robben gedaan, omdat we allebei niet goed wisten hoe we dat precies  moesten doen.
20 min
20 - 27 mei
Heel de week probeerde ik elke dag een beetje te werken aan mijn lezersbrief. Zodat ik toch al een goed begin had en dat ik niet alles nog moest schrijven de laatste dag.
4 uur (in totaal)









woensdag 13 april 2011

verwerking verplichte literatuur: "Katholiek onderwijs, dynamisch en pluriform" Mieke van Hecke

Samen met Nele Robben heb ik de tekst doorgenomen en samengevat.

Hieronder vindt u een samenvatting van de tekst: “Katholiek onderwijs, dynamisch en pluriform” van M. van Hecke.

Mieke van Hecke vindt dat er een belangrijke relatie is tussen levensbeschouwing en onderwijs. Ze gaat dan ook na welke plaats levensbeschouwing precies krijgt binnen het onderwijs.

Een eerste punt waar ze stil bij staat is identiteit van elk individu binnen de maatschappij. Omdat identiteit een onderdeel is van levensbeschouwing, wilt, het Vlaams secretariaat van het Katholiek Onderwijs, de relatie tussen onderwijs en identiteit bevorderen.

Verder vinden ze het ook belangrijk dat er een geheel gevormd wordt tussen alle Katholieke scholen wat wil zeggen dat het onderwijs ook de pluraliteit van de maatschappij gaat erkennen (= het onderwijs gaat leren omgaan met de verschillende culturen en de verschillende levensbeschouwing binnen de maatschappij).
Omdat het onderwijs dit als doel heeft voorgenomen, heeft dit ook als gevolg dat het blinde geloof in de kerk moet plaatsmaken voor authenticiteit (= echtheid)

1) Individualisering en pluralisering versterken het menselijk verlangen naar authenticiteit.

C. Taylor: “mensen balanceren op de grens tussen communiceren en anonimiteit (de mensen hoeven niet meer naar buiten wegens het ontstaan van vele communicatie middelen en zweven hierdoor tussen eenzaamheid en samen zijn.) Verbondenheid krijgt een nieuwe betekenis.”
Volgens Taylor is het innerlijk gevoel belangrijk geworden. => Ontstaan van spinnenweb van meningen. => Wie kan dan uiteindelijk helpen bij het maken van keuzes en bij wie kan ik ten raden gaan?
=> 1. Alleen
=> 2.alsnog raadgevers

=> Mark Elchardus: “Mensen volgen levenswijzen en wijsheid waar mensen zich aangesproken voelt. => en willen hiervoor gerespecteerd worden.

2) Cultuur van authenticiteit en experssie als unieke ruimte voor het spreken over een hedendaagse religieus levensgevoel
=> Welke invloed heeft de expressieve cultuur van nu op de pure christelijke geloofstraditie?
• Het geloof staat niet meer centraal in onze maatschappij.
• Ieder individu creëert een eigen leven.
=> gevolg: hetgeen wat de mens ervaart als belangrijk, moet niet meer te maken hebben met de kerk.
=> Uitdaging: geloof een leven moeten opnieuw met elkaar communiceren.
(zeker in katholieke school)


3) Vier uitingsvormen van het verlang naar authenticiteit
Anton van Harskamp: “een cultuur van authenciteit, gaat niet gepaard met een afname van religie. Het probleem is de relatie tussen het individu en het religieuze gezag.” (~ mensen kunnen zich niet verzoenen met een controle van bovenaf).
=> gevolgen van het wegvallen van vertrouwen in tradities:

1. “verandering in de aard van het morele handelen”:
• Niet meer oorspronkelijk van de regels die traditioneel voortleefden. =>
betrokkenheid bij wat er gebeurt. => Mensen nemen niet meer gewoon alles aan van wat er gezegd wordt.

2. “een veranderde attitude tegenover het verleden”:
Geen reden meer om op het verleden te richten: de toekomst telt

3. “reflexieve twijfel (~ twijfel aan zichzelf)
      => 1. Gebroken geloof
      => 2. individu: absolute referentiepunt van kennis en expertise. + Kennis van een derde noodzakelijk.
=> weinig speling op eigen levensontwerp.
Opmerking: de mens moet uit zijn cocon gehaald worden om in gesprek te treden met anderen.


4. “effect van de biografisering” (~de mens en zijn biografie en allerlei gebeurtenissen zijn bron van het hedendaagse geloof).

4) Identiteit als ankerplaats voor christelijk spreken over pluralitiet: altijd omstreden.
Wie nog aan religie wil doen, moet eerst een levensbeschouwelijk identiteit vormen. => cruciaal gegeven. Reden: op deze manier kan men aanknopingspunten zoeken in het levensverhaal van jongeren en volwassenen.

=> De christelijke geloofstraditie vult het levensverhaal van de mens aan.
Opmerking: “het verlangen naar authenticiteit wordt erkend, maar is nooit absoluut. Identiteitsvorming gebeurt altijd gemeenschappelijk: mensen laten zich steeds beïnvloeden door anderen.

5) De menselijke ervaring van het fragment.
• Vroeger: identiteit werd doorheen de tijd ontwikkelt, maar werd een afgerond geheel. Dus ervaringsgericht leren bestond toen niet, maar jongeren leerden enkel door kennisoverdracht (bv.: vergelijking met bank).
• Fragment:
- sluiten aan bij hedendaagse verlangen naar authenticiteit.
- zijn hoop: willen één geheel vormen. (zal nooit vervuld worden)
• Wie ben ik?: opzoek gaan in jezelf + contact met anderen + inleven in anderen (gaat verder dan hier en nu) => solidariteit over de grenzen van tijd en ruimte.


6) Hoe geef je als katholieke school vorm aan een relationeel en pluriform
katholicisme?
• “Katholieke scholen gaan uit van de erkenning en de waardering van de pluraliteit van levensverhalen.”: autonomie van het opgroeiende kind => verlangen naar authenticiteit.
• Uitdaging: “opnieuw aanknopingspunten zoeken tussen levensbeschouwing en onderwijs”.
Opmerking: religieuze vorming moet worden gezien als een pedagogisch aspect en niet alleen maar opgelegd door de kerk.

7) Hernieuwde aandacht voor de relatie tussen religie en onderwijs
• “Religie is niet alleen een element van organisatie, maar het is ook medebepalend voor het ethos van de school (de visie)”. => rituelen in de school ontstaan hieruit.
Opmerking: de school mag zich niet meer alleen beperken tot het christendom alleen.

• Opmerking: de vier belangrijke vragen naar identiteitsvorming: de zinvraag, de vraag naar rechtvaardigheid, de vraag naar mezelf en de vraag naar mijn identiteit.

=> Pedagogische reflectie omtrent deze onderwerpen is belangrijk!
• Religiekunde is niet nodig, maar men moet wel genoeg informatie geven rond
de verschillende achtergronden van mensen binnen onze samenleving.

8) Investeren in de normatieve professionaliteit van de leerkracht
• Het is belangrijk dat leerkrachten en docenten reflecteren op eigen handelen.
• Ook de leerkrachten moeten een doel voor ogen hebben.
• Taak van de leerkracht: kennis overdrager, wegwijzer en bezieler. => hij is een vorm van biografisch adviseur. Want het is noodzakelijk voor de vorming van jongeren en jongvolwassenen. Onderwijs
daagt jongeren uit om zelf antwoorden te formuleren op levensvragen.
• Opmerking: elke leerkracht is betrokken bij de gebeurtenissen in de brede samenleving.
• Leerkracht heeft een voorbeeldfunctie.

9) Besluit
De school heeft een levensbeschouwelijke identiteit en dat de leerkrachten hierover moeten reflecteren met de levensbeschouwelijke achtergrond van de school.

10) Voorwaarden van goed katholiek onderwijs en aspecten die hierin plaats moeten krijgen
- dynamisch
- relationeel
- pluriform identiteitsconcept.

verwerking verplichte literatuur: "De tolerantie is voorbij" Steve Stevaert

Ik heb nooit stilgestaan bij dit onderwerp, maar ik heb er wel veel uitgehaald. Daarom heb ik voor mezelf een samenvatting gemaakt van de tekst (zie hieronder). Maar vooral één ding heb ik onthouden dat eigenlijk over heel de tekst gaat: er moet over ons levensbeschouwing gesproken worden! Dat is toch de belangrijkste boodschap.

Hoe moeten we met migratie omgaan? Er is een steeds toenemende levenbeschouwelijke diversiteit in ons land, maar over levensbeschouwing wil men niet discussiëren. Toch speelt het een belangrijke rol. Levensbeschouwingen in Europa hebben zich teruggetrokken, terwijl andere religies net uitkomen. Overal zien we levensbeschouwelijke conflicten.
We durven er niet over te spreken, maar levensbeschouwing en religie is in ons leven wel aanwezig. Dat ligt gevoelig. Als we iets verkeerds zeggen of het wordt verkeerd begrepen, kan het aanleiding geven tot conflict. Daarom wordt daar niet over gepraat, hoewel het belangrijk is.

Het leven van een religieuze organisatie is sterk veranderd in Europa. We zijn nu anders gaan geloven. We geloven nog wel, maar we weten niet meer in wat. Dat is eigenlijk een ‘nieuw’ soort geloof: geloven zonder erbij te horen.
Europa werd ook geconfronteerd met migranten. Er kwamen mensen van andere culturen en religie. Deze migranten hebben slechts één vraag voor ogen: “Wie ben ik precies in mijn nieuwe thuisland?”
Enkel religie is voor hen een houvast in hun nieuwe wereld. Hierdoor ontstaan soms conflicten.
We spreken ook over de culturele verschillen, maar over levensbeschouwing zwijgen we... want dat is privé. Maar we moeten er echter over praten. Levensbeschouwing is belangrijk voor de mensen.

=> Nieuwsgierigheid is belangrijk om anderen beter te leren kennen. We moeten een toenemende houding van openheid hebben. We moeten ons zo gedragen zodat we de verschillende manieren van denken en het handelen van anderen te accepteren. En een afnemende houding van verstarring. Zo zal het kijken op andere levensbeschouwingen interessanter zijn. Dan kan er eindelijk gesproken worden tussen de verschillende levensbeschouwingen. Men moet dus verdraagzaam en nieuwsgierig zijn!